HOME » » powerpoint » ARTIKELEN » Check het thema van uw PowerPoint-presentatie

In het thema legt u vast hoe de standaard vormgeving is:

• kleuren
• logo's en andere elementen: balken, lijnen, vlakken of beelden
• plaatsing van deze elementen
• plaatsing van titel en tekst
• lettertypes, regelafstanden, bullets
• eventueel een achtergrondafbeelding

In het thema zijn er modellen voor een aantal indelingen: de basis is de tekstdia, daarnaast is er een titeldiamdel, een model voor een titel + grafiek, voor twee tekstvakken, etc.

Allereerst: hoe kunt u het thema bewerken? In de onderbalk ziet u naast het zoompercentage 4 symbooltjes. door op het linker symbool te klikken met SHIFT ingedrukt komt u in het thema terecht. Een presentatie kan meerdere modellen hebben, maar het eenvoudigst is één model.

Raster en kleurenmodelplaats in het menu

• Allereerst: zet het uitlijnen op raster aan. U kunt hier ook kiezen of het raster per 0,2 cm. is (standaard) of of fijner. Zet ook meteen de hulplijnen aan.
  Beeld - Weergeven - vierkantje naast Weergeven. Rasterinstellingen: "objecten op raster uitlijnen" en "Hulplijnen ... weergeven ... ".aanvinken
• Verder kunt u hulplijnen zetten, standaard heeft PowerPoint er 2: horizontaal en verticaal midden. Het is bijv. handig om de boven en onderkant van de titel en de bovenkant van het tekstvak met een hulplijn aan te geven en de linker kantlijn van het tekstvak en de titel. Dan kunt u bijv. in een dia met een titel en een foto die foto makkelijk uitlijnen met de tekstvakken op de andere dia's.
  Door op een lijn te klikken op een plek waar geen object staat kunt u de hulplijnen verplaatsen. Door ook Ctrl in te drukken voegt u een nieuwe lijn toe. Door een lijn buiten het diaveld te slepen haalt u hem weg. De laatste 2 lijnen gaan niet weg.
• Vervolgens kijken we naar de kleuren. Hebben alle elementen van het model een kleur uit de themakleuren?  Zo niet dan is het handig de themakleuren aan te passen. Vervolgens kiest u de kleur van het thema uit de kleurenkiezer.
  Diamodel - Kleuren - Nieuwe themakleuren maken. Bovenste 10 kleuren ziin van belang. Themakleuren een naam geven. OK slaat deze kleuren op in het thema
• Controleer of er geen dubbele kleuren zijn. Dan is onduidelijk welke kleur gebruikt is voor een bepaald object. Als u later een kleur in de themakleuren verandert veranderen de objecten metdie kleur overal in de presentatie. Met 2 identieke kleuren weet u niet welke u moet veranderen om bijv. alle koppen iets blauwer te maken.
   

Elementen van het model

• Logo's en andere bitmaps checken. Bekijk in presentatiemodus bij de werkelijke resolutie van de te gebruiken beamer of de bitmaps voldoende resolutie hebben. Anders is het belangrijk bitmaps met hogere resolutie te krijgen.
  F5 start presentatie vanaf dia1.
  Shift+F5 start presentatie vanaf huidige dia1.
• Als kop en tekst allebei linkslijnend zijn is het zaak dat ze dezelfde kantlijn hebben. Hier komen de eerder genoemde hulplijnen van pas.
   
• Het is handig om de regelafstanden bij te stellen. De standaard regelafstand kan best lager naar 0,9. Als u ook het 2^e niveau in teksten gebruikt is het overzichtelijker om de alinea's van het 1^e niveau wat meer tussenruimte te geven dan van het 2^e niveau.
  Rechtrer muisknop - Alinea ... afstand voor:
  1^e niveau: 9 pt - 2^e niveau: 3 pt
  regelafstand - meerdere - 0,9
• Haal liefst in het diamodel de tekstvakken voor datum, voettekst en dianummer weg. Uw publiek weet best welke datum het is, u heeft bij aanvang verteld wat uw onderwerp ia en het is ook niet zo interessant welk dianummer voorstaat.
   
• Het is ook handig als tekstvakken in de dia's corresponderen met de objecten in het model en dus geen los geplaatste tekstvakken zijn. Dit is eenvoudig te controleren: maak een tekst tijdelijk rood in het model en kijk in de dia's of de tekst daar ook rood wordt. Als dat niet zo is, gaat om een los geplaatste tekst. Die reageert dus niet op aanpassingen in het thema.
  Als standaardelementen op een dia ontbreken herstelt u ze met Start - Dia's - Opnieuw instellen. Hiermee worden alle objecten op dezelfde plek gezet als het model.

Titeldia indeling

• Het is ook goed de vormgeving van de titeldia goed vast te leggen. Als de plaatsing moet overeenkomen met de teksten op het tekstdia model kunt u dat controleren met de eerder genoemde hulplijnen.
   
• De ondertitel wordt vaak gebruikt voor de naam en functie van de spreker. Er is een trucje wat in Powerpoint niet gedocumenteerd is: in de ondertitel is het mogelijk om voor verschillende niveaus een opmaakdefinitie te maken. In de ondertitel doet u dit als volgt: geef op het eind van de ondertitel een enter en type bijv. functie. Selecteer de nieuwe alinea. Verhoog het niveau en maak nu een opmaak voor dit 2^e niveau, zoals een afwijkende kleur. Zo kunt u het uiterlijk vastleggen van de functie, die u bijv. in kleinere letters en iets grijzer zet.
  Tekst niveau hoger:
  Start – Alinea – Lijstniveau verhogen
  (boven: vierde icoontje van links)

Promotie dia / Beeldmerk

• Soms maakt u ook een speciaal promotiebeeld dat u vertoont voor aanvang.
  Meestal wordt die gemaakt op basis van het titelmodel. Het is wel handig om hem in dezelde PowerPointfile te hebben en niet als apart bestand, want dat is onhandig meet de presentatie.
   
• Ook deze dia moet u checken op het kleurmodel: hebben alle objecten een kleur uit de themakleuren?